Fijne Acacia-dag, Australië!
Een van onze meest bijzondere boomsoorten is de Acacia Pravissima, in het Engels ook wel Ovens Wattle genoemd. In Nederland zien we deze boom maar weinig, dus hebben we er geen volksnaam voor. De acacia is wereldwijd geliefd om haar mooie, meestal gele, pluizende bloemen. Jammer dat ze hier zo onbekend is, want deze versie van de Australische nationale plantenfamilie is redelijk winterhard en een echte toevoeging aan onze Nederlandse tuinen.
Iconisch geel
In Australië hebben ze zelfs een nationale feestdag om de acacia te vieren. Sinds 1992 is dit door heel het land op 1 september, het begin van de Australische lente. Het geslacht Acacia behoort tot de familie Mimosaceae. Er zijn ongeveer 1350 soorten acacia's en zo’n 1000 hiervan zijn te vinden in Australië. Het nationale bloemenembleem van Australië is Acacia pycnantha, de Golden Wattle. Alhoewel er geen specifieke manier is om op 1 September het begin van de Australische lente te vieren, verlichten veel gemeenten een iconisch gebouw of standbeeld in geel en groen [1].
Het Acacia-geslacht groeit door heel Australië en doorstaat droogte, wind en bosbranden. Niet zo gek dan ook dat de boom symbool staat voor eenheid, veerkracht en de geest van het Australische volk. Ook staat de acacia symbool voor herinnering en reflectie, en dragen Australiërs op nationale rouwdagen een takje van de acacia. Als nationaal symbool is de boom veel gebruikt in nationale items zoals postzegels en onderscheidingen in het Australische eersysteem [2].
Van tuinornament tot grafkist
De inheemse culturen van Australië gebruikten acacia's voor een zeer breed scala aan doeleinden: van voedsel en medicijnen tot gebruiksvoorwerpen zoals graafstokken en muziekinstrumenten. Helaas is veel kennis hierover verloren gegaan sinds Europese indringers inheemse familiegroepen van hun traditionele land verdreven [3].
Australische acacia’s worden al meer dan een eeuw in het buitenland geplant als aantrekkelijke tuinornamenten of glorieuze snijbloemen. Maar ook voor hun geurige bloemen om parfum te maken in Zuid-Frankrijk, en op grote plantages in Afrika en Zuidoost-Azië voor hun hout (voor het maken van papier en samengestelde houtproducten) en schors (voor tannine om te gebruiken voor het looien van leer en het maken van houtlijm). De geschiedenis van de teelt van de acacia gaat terug tot het midden van de achttiende eeuw, misschien zelfs verder dan dat [1].
Acacia’s komen niet alleen voor in Australië. Het is een wijdverspreide soort en komt van nature op alle continenten (behalve Europa) voor. De acacia doet het vooral goed in droge gebieden. De Egyptenaren gebruikten acaciahout (van de Acacia nilotica) bijvoorbeeld voor grafkisten. Daar staat de boom - vanwege zijn goede weerstand tegen hout-etende insecten - symbool voor eeuwigdurend leven [4]. Helemaal geen gekke gedachte als je bedenkt dat sommige soorten acacia tot wel 300 jaar oud kunnen worden.
Fake it till you make it
De acacia staat bol van veerkrachtigheid. Dat kun je ook zien aan haar innovatieve manier van leven. De meeste acacia’s hebben namelijk geen echte bladeren meer als ze volwassen planten zijn. De vederachtige blaadjes die ze als zaailingen hebben (en die je bij onze baby acacia’s nog ziet), verliezen ze vaak al na het eerste blad. Een minderheid van de soorten behoudt hun hele leven echte gevederde bladeren, maar bij bijna alle andere worden echte bladeren vervangen door structuren die phyllodes worden genoemd. Phyllodes zijn platte bladstelen die de fotosynthesefunctie van de bladeren overnemen. Deze nemen veel verschillende vormen aan. Ze kunnen variëren van afgeplat en breed tot cilindrisch en naaldvormig of soms zijn ze zelfs helemaal afwezig [5].
Prachtig wat deze soort allemaal kan! Wie gun jij wat extra veerkracht deze herfst? Geef een acacia!
Comentários